Waarom ik me niet te veel zou voorbereiden op ‘de 1,5 meter-economie’

Guido Heezen

In de laatste jaren hebben organisaties ondervonden hoe belangrijk het is om voortdurend te innoveren, creatief te denken en wendbaar te zijn. De snelle technologische veranderingen nopen daartoe. Wie daarop als eerste inspeelt binnen een bepaalde branche, gaat er meestal met het grootste marktaandeel vandoor.

Waarom ik me niet te veel zou voorbereiden op ‘de 1,5 meter-economie’

Planmatige aanpak

Nu onze bewegingsvrijheid in grote mate is ingeperkt, moeten we ineens op een andere manier ‘agile’ zijn. Veel organisaties zijn gelukkig inventief. Ze vinden andere, vaak creatieve manieren om ‘in business’ te blijven. Ze passen zich aan en doen wat werkt op dit moment.

Denk aan het Italiaanse restaurant waarover ik eerder schreef, die al na een paar dagen was overgeschakeld naar een gezellig afhaalconcept. Grote verbouwingen waren daarvoor niet nodig. Het restaurantje is met wat kleine kunstgrepen veranderd in een bezorg- en afhaalpizzeria.

Veel grotere, vaak tragere organisaties pakken het planmatiger aan. Snel schakelen zit niet in hun DNA en er is veel angst om snel beslissingen te nemen. Zij voelen zich genoodzaakt om zich meer gestructureerd voor te bereiden op ‘de 1,5 meter-economie’. Alleen kun je je afvragen hoe handig dat is. Is tegen de tijd dat de wijzigingen zijn doorgevoerd de situatie niet alweer heel anders? En is het niet juist effectiever om te kiezen voor oplossingen die meer ad-hoc zijn?

De mogelijkheden en onmogelijkheden van de 1,5 meter-economie

Het lijkt me lastig onze maatschappij duurzaam draaiende te houden op basis van 150 centimeter. Probeer je alleen maar eens voor te stellen hoe alle medewerkers overal ter wereld op hun werk moeten komen. Grote kans dat velen daarvoor het openbaar vervoer gebruiken. En ook op de werkvloer zelf zal het zeker niet altijd mogelijk om afstand te houden. Denk aan technici, medici of bouwers die met verschillende mensen samen aan een klus werken.

Daarnaast kun je kuddedier mens maar moeilijk dwingen om eeuwig afstand te houden. Tegen onze behoefte tot nabijheid is geen tape of plastic scherm bestand. Ook in mijn eigen omgeving zie ik de maatschappelijke onrust en ongehoorzaamheid langzaam toenemen. Mensen zoeken elkaars gezelschap weer vaker op. Zeker bij mooi weer als je samen in de tuin of op straat kunt zitten.

De markten gaan weer mondjesmaat open en toen de vestigingen van Ikea laatst weer werden opengesteld voor publiek, stond er ook een lange wachtrij voor de deur. Het moet voor elk van die bezoekers een grote wiskundige uitdaging zijn geweest, om ook binnen nog die 1,5 meter afstand te houden.

De speelruimte opzoeken

Ik betwijfel ten zeerste of de 1,5 meter-economie een realistische optie is voor de lange termijn. Mogelijk zullen periodes van optimisme en pessimisme elkaar afwisselen en gaan we verschillende malen in en uit een soort van ‘intelligente lockdown’ om de ic’s te ontlasten. Dat betekent ook dat het bijzonder lastig is om je op de komende maanden structureel voor te bereiden.

Nu al zien we meer en meer weerstand tegen een te eenzijdige benadering van de coronacrisis. De roep neemt toe om onze sterfelijkheid meer te accepteren en ons weer te richten op kwaliteit van leven in plaats van angst.

Dit is overigens geen voorstel om alle regels te laten varen. Dat kan onverstandig zijn. Het is goed en belangrijk om de capaciteit op de ic als leidraad voor versoepeling te hanteren.

Het is wel een waarschuwing aan organisaties om niet té structureel in te zetten op een 1,5 meter-economie. Als zij overeind willen blijven, is creativiteit en wendbaarheid een betere uitweg. Daarbij gaat het niet zozeer om het strikt volgen van de regels, maar vooral van het opzoeken van de speelruimte daarbinnen.

Effectory COVID-19 Workforce Pulse

Gebruik de korte scan om te zien hoe het met je medewerkers gaat. Blijf in contact, ongeacht de afstand. Luisteren naar medewerkers is belangrijker dan ooit!

Meer informatie

Tweaken

Kijk naar NS. Die pakt het als grote organisatie wel slim aan. Vanaf eind april is er een test met ‘aangepaste treinstellen’, waarin het makkelijker is om anderhalve meter afstand te houden. NS is daarbij bijzonder agile te werk gegaan. Er kwam geen maandenlang vernieuwingstraject om in breed overleg de treininrichting volledig op de schop te nemen. NS maakte enkel inventief gebruik van wat folie, stickers en bordjes. Ze pasten zich op die manier creatief aan deze vreemde tussentijd aan, zonder te riskeren voor eeuwig opgescheept te zitten met onbruikbare en inefficiënte coronatreinen.

Dit voorbeeld laat goed zien hoe je ook als grote organisatie ver kunt komen door de bestaande situatie gewoon een beetje te tweaken. Partijen die onder deze omstandigheden het wendbaarst reageren, zijn ook nu de winnaar van het plein.

Korte termijnoplossingen zijn niet altijd slecht

Als je als grotere en daardoor noodgedwongen vaak wat tragere organisatie nu plannen gaat ontwikkelen voor de 1,5 meter-samenleving, is de kans best groot dat er – tegen de tijd dat de plannen zijn gematerialiseerd – alweer een nieuwe werkelijkheid is.

Dat komt ook omdat je gefopt wordt door de menselijke neiging om het nieuwe abnormaal als het nieuwe normaal te gaan beschouwen. Maar omdat alles meestal toch anders uitpakt dan je denkt, kun je daardoor nu mogelijk de plank misslaan. Als het leven zich normaliseert, sta je – ondanks je vooruitziendheid – misschien juist met 1-0 achter.

Wees wijs en voldoende voorzichtig. Breng niemand onnodig in gevaar. Maar probeer vooral creatieve en slimme korte termijn oplossingen te verzinnen, een open geest te houden en te bedenken dat wat gepromoot wordt als ‘het nieuwe normaal’ maar matigjes aansluit op onze menselijke aard.

Door voortdurend te improviseren en kleine aanpassingen te doen kom je in deze tijd, en ook op de lange termijn, meestal het verst.

Meld je aan voor onze gratis webinars!

Gratis webinars met Effectory’s HRLab serie. Meld je aan en we houden je op de hoogte van de aankomende events.

Aanmelden